Hydraulische filters omvatten over het algemeen luchtfilters, oliefilters en brandstoffilters, ook wel “drie filters” genoemd. Het luchtfilter bevindt zich in het inlaatsysteem van de motor en is een geheel van één of meerdere filtercomponenten die de lucht reinigen. De belangrijkste functie ervan is het filteren van schadelijke onzuiverheden in de lucht die de cilinder binnendringen om vroegtijdige slijtage van de cilinder, zuiger, zuigerveer, klep en klepzitting te verminderen; het oliefilter bevindt zich in het motorsmeersysteem.
Technische vereisten van hydraulisch filter:
(1) Het speciale materiaal van het filter moet een bepaalde mechanische sterkte hebben om ervoor te zorgen dat het onder een bepaalde werkdruk niet wordt beschadigd door hydraulische druk.
(2) Bij een specifieke werktemperatuur moet het stabiele prestaties behouden en duurzaam genoeg zijn.
(3) Het heeft een goed anticorrosief vermogen.
(4) De structuur is zo eenvoudig mogelijk en de afmetingen zijn compact.
(5) Gemakkelijk schoon te maken en te onderhouden, eenvoudig het filterelement te vervangen.
(6) Lage kosten. Het werkingsprincipe van het hydraulische filter: de hydraulische olie komt vanaf de linkerkant de pijpleiding van het filter binnen, stroomt van het buitenste filterelement naar het binnenste filterelement en stroomt vervolgens uit de uitlaat. Wanneer het buitenste filterelement geblokkeerd is, stijgt de druk om de openingsdruk van de veiligheidsklep te bereiken, en de olie komt via de veiligheidsklep het binnenste filterelement binnen en stroomt vervolgens uit de uitlaat. De nauwkeurigheid van het buitenste filterelement is hoger dan die van het binnenste filterelement en het binnenste filterelement is een grof filter.
De redenen en methoden voor probleemoplossing voor het abnormale fenomeen van de hydraulische filtercilinder zijn als volgt:
1) Lucht komt de cilinder binnen. Vereist extra uitlaat- of hydraulische cilinders om snel en met maximale slag te bewegen en de lucht eruit te persen.
2) De afdichtring van het einddeksel van de hydraulische cilinder is te strak of te los. De afdichting moet zo worden afgesteld dat er een goede afdichting ontstaat, zodat de zuigerstang soepel met de hand heen en weer kan worden getrokken zonder te lekken.
3) De coaxialiteit tussen de zuiger en de zuigerstang is niet goed. gecorrigeerd en aangepast moeten worden.
4) Wanneer de hydraulische cilinder na installatie niet evenwijdig aan de geleiderail staat, moet deze op tijd worden afgesteld of opnieuw worden geïnstalleerd.
5) Wanneer de zuigerstang verbogen is, moet de zuigerstang gecorrigeerd worden.
Posttijd: 17 maart 2022